BETANCURIA

Nadat we ontbeten hadden zijn Onno en ik in de richting van Betancuria gereden. Dit plaatsje ligt in de binnenlanden van Fuerteventura. Via Antigua rij je uiteindelijk een berg op om bij de bronzen beelden van Guise en Ayose uit te komen. Voor de Castiliaanse verovering in het begin van de 15de eeuw was Fuerteventura verdeeld in twee koninkrijken: het noordelijke deel Maxorata, geregeerd door Guise, en het zuidelijke deel Jandia, geregeerd door Ayose. In 1402 arriveerde Normanse veroveraars en stichtten uiteindelijk de nieuwe hoofdstad Betancuria. De beelden zijn geplaatst op het uitkijkpunt, op een plek waar volgens traditie de grens tussen de twee koninkrijken zou hebben gelegen. De beelden zijn ongeveer 4,5 meter hoog en ontworpen door beeldhouwer Emiliano Hernández.

Op dit uitkijkpunt heb je een geweldig zicht over Fuerteventura en kun je in het dal Betancuria al zien liggen.

Eenmaal in het dorp aangekomen was het moeilijk om een parkeerplek te vinden. Uiteindelijk de juiste plek gevonden. Wat vooral opvalt in het dorp is de bloemenpracht en hoe goed dit is bijgehouden.

Midden in Betancuria staat de kerk Iglesia de Santa Maria. De kerk werd gesticht in opdracht van Jean de Béthencourt omstreeks 1410, ter vervanging van een eerder klein oratorium. In 1424 kreeg de kerk de status van kathedraal in het toenmalige bisdom van de Canarische Eilanden. In 1593 werd het oorspronkelijke gebouw verwoest door een piraten aanval van Xabán Arráez.Daarna kwam een lange wederopbouw in de 17de eeuw, wat geleid heeft tot een mix van stijlen: gotisch, renaissance, oudejaar en barok.

Inmiddels is de temperatuur in het dal gestegen naar 35 graden. We zijn vaak op Fuerteventura geweest maar zo warm hebben we het nog niet gehad. Tijd om weer terug te rijden in de richting van ons hotel. De middag hebben we op het strand gelegen en regelmatig een verfrissende duik genomen.